Rombouts’ Allegorie van de vijf zintuigen | MSK Gent
Ga naar inhoud (Enter)

Rombouts’ Allegorie van de vijf zintuigen

Theodoor Rombouts 'Allegorie van de vijf zintuigen' 1632 MSK Gent
Theodoor Rombouts, 'Allegorie van de vijf zintuigen', 1632, MSK Gent © www.artinflanders.be, foto Cedric Verhelst

Op 21 januari opende in het MSK de eerste monografische tentoonstelling ooit over Theodoor Rombouts (1597-1637). Het MSK heeft een bijzondere band met de Antwerpse schilder. In 1860 is de Allegorie van de vijf zintuigen namelijk het eerste kunstwerk van de hand van een oude meester dat aangekocht wordt. Inmiddels is het uitgegroeid tot een echte publiekslieveling. Het MSK heeft nog twee andere belangrijke werken door Rombouts in zijn collectie: de Allegorie van het Schepengerecht van Gedele (1627-28), Rombouts' grootste doek, en Bij de tandentrekker (1628), een typische caravaggeske waarschuwing tegen oplichters. Dat laatste werd speciaal voor de tentoonstelling gerestaureerd.

Rombouts was een gevestigde waarde in het Antwerpse kunstenaarsmilieu. Na zijn opleiding bij Abraham Janssen (ca. 1575-1632) migreert hij aan het begin van de 17de eeuw naar Italië, waar hij geïnspireerd wordt door de revolutionaire schilder Michelangelo Merisi da Caravaggio (1571-1610) en diens belangrijkste navolger Bartolomeo Manfredi (1582-1622). Terug in Antwerpen ontwikkelt hij een geheel eigen artistieke identiteit. Rombouts weet invloeden uit Noord en Zuid subliem te versmelten en specialiseert zich succesvol als caravaggistisch figuurschilder in monumentale genrevoorstellingen. Hoezeer zijn schilderkunst ook gewaardeerd werd tijdens zijn leven, na zijn dood werd zijn artistieke nalatenschap naar de vergetelheid verwezen. De tentoonstelling ontsluiert Rombouts’ artistieke persoonlijkheid en plaatst zijn werk in een nieuw perspectief.

Rombouts’ schilderij met de Allegorie van de vijf zintuigen is ongetwijfeld één van zijn meest virtuoze creaties. De schilder maakte het stuk in 1632 in opdracht van zijn mecenas, de bisschop Antoon Triest (1577-1657). Het was ongetwijfeld één van de pronkstukken van zijn ruime kunstverzameling. Het schilderij is één van de weinige allegorische voorstellingen binnen het oeuvre van Rombouts. Vijf mannelijke, volks ogende figuren belichamen de vijf zintuigen. Links in de compositie verbeeldt een oudere man, met een knijpbril en spiegel aan de hand, het zicht. De naar boven blikkende muzikant, die een theorbe bespeelt, stelt het gehoor voor. Centraal bevoelt een blinde man, die de tastzin voorstelt, een antieke sculptuur. De figuur met de half ontblote borstkas en het glas wijn in de ene en de karaf in de andere hand stelt de smaak voor. Dat de rechtopstaande jongeman rechts in beeld alludeert op de geur maken zijn attributen, de pijp en de tros knoflook, duidelijk.

Tijdens de zestiende eeuw nam de interesse voor het zintuiglijk waarnemen toe. De vijf zintuigen fascineerden als verbinding tussen de menselijke ziel en de buitenwereld. Ze mochten echter niet gebruikt worden als puur aardse genotsinstrumenten. In de Christelijke maatschappij van die tijd stonden ze in dienst van God om de deugd en het verstand te stimuleren. In de Zuidelijke Nederlanden wordt in 1561 de eerste prentserie met personificaties van de vijf zintuigen uitgegeven naar een ontwerp van de Antwerpse schilder Frans Floris (ca. 1515/20-1570). De zintuigen werden toen afgebeeld door sierlijke vrouwelijke figuren vergezeld van attributen. Rond 1600 ontwikkelde de allegorische voorstelling zich tot een eerder pseudo realistische voorstelling met figuren en handelingen die men in het dagelijkse leven tegenkwam. Op deze manier zorgde men ervoor dat de toeschouwer zich makkelijker met de voorstelling kon identificeren. Dit is ook Rombouts’ modus operandi.

Het is gekend dat Antoon Triest van caravaggistische werken hield. De Allegorie van de vijf zintuigen is echter geen uitgesproken caravaggesk schilderij. Het is een stuk dat gekenmerkt wordt door zijn harmonieus karakter met de aanwezigheid van zowel caravaggeske als traditionele, Zuid-Nederlandse invloeden. Daarbij getuigt het stuk ook van Rombouts’ ontvankelijkheid voor de barokke schilderstijl van Peter Paul Rubens (1577-1640) en Anthony van Dyck (1599-1641) die op dat ogenblik de markt beheerste. In de Allegorie van de vijf zintuigen werkte de schilder niet met chiaroscuro noch met de voor het caravaggisme zo typerende zin voor dramatiek. De gebruikelijke sobere, caravaggeske ruimte verving hij door een meer diepte creërende ruimtebehandeling. De boom, de architectuur en de luchtpartij als bron voor de zachte lichtgloed doen denken aan de manier waarop Van Dyck de achtergronden van zijn groepsportretten schilderde. Rombouts’ figuren, levensgrote volkse types, en het naturalisme waarmee ze zijn weergegeven, refereren wel aan het caravaggisme. Hij schikte ze rond een tafel bekleed met een Turks tapijt. De kleuren van hun kledij volgen dan weer de heersende modetrend in Antwerpen en zijn licht en helder.

De prachtig geschilderde attributen van de figuren maken het schilderij visueel en qua symboliek bijzonder rijk. Ze verwijzen niet enkel naar het zintuig dat ze voorstellen, maar staan ook bol van moraliserende boodschappen. De muziekinstrumenten en de bladmuziek, die zowel in de Noordelijke als Zuidelijke schilderkunst gebruikt werden, verwijzen net als de rokende pijp naar de vluchtigheid van het leven. De wijn in handen van de Bacchus-figuur gekleed in een luipaardvel én de spiegel alluderen dan weer op de bedrieglijkheid van de zintuiglijke waarneming. Opvallend zijn de lumineus geschilderde sculpturen. Twee van hen zijn te identificeren als verkleinde versies van de Torso Belvédère (Palazzo del Apostolico Vaticano) en het hoofd van de Niobide (Museo Nazionale Romano - Museo delle Terme). Het is goed mogelijk dat Rombouts deze antieke sculpturen tijdens zijn verblijf in Rome heeft kunnen bewonderen. Anderzijds zou hij ze ook dichter bij huis kunnen gezien hebben, via Rubens’ tekening naar het beroemde Romeinse torso bijvoorbeeld. Het staat in ieder geval vast dat Rombouts’ Allegorie als conversatiestuk de zeventiende-eeuwse toeschouwers bijzonder geprikkeld moet hebben, zowel zintuiglijk als intellectueel…

Tijdens de tentoonstelling kan je het schilderij zelf komen bekijken in aanwezigheid van Rombouts’ boeiende kernoeuvre dat in dialoog gaat met werken van belangrijke tijdgenoten zoals Bartolomeo Manfredi, Valentin de Boulogne (1591-1632) en Hendrick ter Brugghen (1588-1629). Werk uit privécollecties, kerken en musea in Europa en de Verenigde Staten werden overgebracht naar Gent, en verschillende schilderijen werden speciaal voor de gelegenheid gerestaureerd met de steun van het museum.